21 december 2022

BK gaat voor lokale slagkracht

Soms komt er een rapport voorbij waarvan je meteen zegt: ja, dat is het! Dit zijn de handvatten waar we naar op zoek zijn, grondig onderbouwd en passend bij onze visie. Niet meegeschreven maar wel omarmd.

Dat rapport heet Slagkracht in de wijk en is eind september gepubliceerd. Een consortium van zes partijen heeft kennis van 77 jaar wijkaanpak gebundeld en doet concrete aanbevelingen voor toekomstige lokale samenwerking van beleidsmakers, burgers, ondernemers en organisaties.

Een van de kernpunten uit stapels rapporten en ook uit dit rapport is: lange adem. Geen snelle feel-good oplossingen, maar met een lokale coalitie een op maat gemaakte netwerksamenleving vormen en eindeloos leren en toepassen in de praktijk.

Kinderopvang heeft een belangrijke rol in die netwerksamenleving rondom het (jonge) kind en BK heeft zich verbonden met precies dit uitgangspunt: het kind in het gezin in de wijk. Er zijn inmiddels tientallen lokale coalities die vanuit deze visie succes hebben, ieder op hun eigen manier.

Andere gesprekstafel met een ander rapport: de Propositie Jeugd
In het sociaal domein rondom het jonge kind zijn veel gesprekstafels (en rapporten), zowel lokaal als landelijk. BK schuift regelmatig aan bij zulke tafels en samen met een aantal leden hebben we de afgelopen maanden meegepraat met de Propositie Jeugd.

Zoals wellicht bij jullie bekend zijn er grote problemen in de jeugdzorg (hoge kosten, lange wachtlijsten) en in het onderwijs (ernstig lerarentekort, niveau leerlingen daalt al 20 jaar). De brancheorganisaties van gemeenten (VNG) en onderwijspartijen (PO-Raad, VO-Raad, MBO-raad) hebben daarom de handen ineen geslagen om oplossingen te vinden voor de wijze waarop de Jeugdzorg kan worden ontlast en de pedagogische basis kan worden versterkt. BK en BMK zijn gevraagd om vanuit onze sector mee te denken en schrijven met de zogeheten Propositie Jeugd.

Daarin stond de vraag centraal: hoe kunnen organisaties rond het jonge kind de samenwerking versterken zodat er minder kans is dat kinderen later een beroep moeten doen op de jeugdzorg? Hoe kunnen we een concreet handelingsperspectief bieden aan deze organisaties en hun professionals?

Hoe je problemen aanvliegt, daarover kun je van mening verschillen en daarna toch een gezamenlijk standpunt innemen. Dat is in dit proces helaas niet gelukt. Het eindproduct van de gesprekkenreeks, de Propositie (vandaag gepresenteerd), wordt door ons niet herkend en is daarom door ons niet ondertekend.

BK: lokaal maatwerk en excelleren in netwerken
Wij onderschrijven van harte de wens uit de Propositie voor meer interprofessionele samenwerking en het actief over de schotten van je eigen sector kijken. Wij willen daar graag aan bijdragen op een nuttige manier, door lokaal aan te sluiten. BK-leden zijn eensgezind: hoe je samenwerkt rondom het jonge kind en zijn gezin, kan verschillen per wijk, buurt, dorp of gemeente. Wat in Rotterdam-Charlois wel lukt, kan in de dorpen van noordoost Groningen net niet het gewenste effect hebben. Lokaal maatwerk, een goed doordachte wijkaanpak en excelleren in netwerken is daarom essentieel. Partijen als Sociaal Werk Nederland en Jeugdzorg Nederland horen wat ons betreft ook bij dat netwerk. Zij zijn, ondanks ons verzoek, door de onderwijsraden en VNG niet betrokken bij het schrijven van de propositie.

BMK, onderwijspartijen en VNG: Kinderopvang als publieke basisvoorziening in het onderwijs
In de Propositie is gekozen voor een grote systeemoplossing van bovenaf: Kinderopvang als publieke basisvoorziening als onderdeel van het onderwijs. In de Propositie is dat verwoord als:

  • Kinderopvang als algemeen toegankelijke (basis)voorziening
  • Brede ontwikkelingsgerichte voorzieningen (IKC’s) en een integraal voorzieningenplan
  • Collectieve financiering van zorg, onderwijs en kinderopvang (dus lumpsum net als het onderwijs, in plaats van kindvolgend zoals de kinderopvang);
  • Integraal verantwoordingskader (dus 1 wetgevend kader voor onderwijs en kinderopvang)

BK herkent zich hier niet in. We zien een dergelijke stelselwijziging van de kinderopvang niet als praktische oplossing voor de problemen in het onderwijs en de jeugdzorg, maar als het wegschuiven en afwentelen van de problemen op een goed functionerende sector. Onze unieke expertise komt door deze insteek onvoldoende tot zijn recht.

We zien vaak deze goedbedoelde one-size-fits-all systeemoplossingen voorbijkomen: in alle wijken bouwen we een IKC, alle kinderen met 2 jaar naar het onderwijs, kinderopvang als (bijna) gratis basisvoorziening, etcetera. Maakbaarheidsdenken en ideologische vergezichten zijn verleidelijk maar creëren niet de gewenste grip die we allemaal zoeken om kinderen goed te laten starten in het leven. Kinderen zijn onderdeel van meerdere ecosystemen die elkaar continu beïnvloeden. Het rapport Slagkracht in de wijk uit de inleiding van dit artikel biedt ons de realiteitszin die we wel zoeken:

‘Kwetsbare burgers kampen vaak met verschillende problemen tegelijk (multiproblematiek) – er wordt ook wel gesproken van wicked problems: ingewikkelde vraagstukken waarbij veel verschillende partijen betrokken zijn, waarvoor geen eenduidige probleemdefinities bestaan en gemakkelijke oplossingen niet voorhanden zijn.’

Ook het NJi (Nederlands Jeugdinstituut) heeft zeer recent een kennisdocument over de pedagogische basis opgeleverd waarmee beoogd wordt om juist lokaal het gesprek aan te gaan: ‘dit gesprek is nodig omdat er geen blauwdruk is voor het lokaal versterken van de pedagogische basis.’ Lokaal maatwerk dus.

In het NJi-document wordt ook benadrukt: ‘hoe meer variatie in contacten, relaties en leefomgevingen, hoe meer een kind kan leren.’ Een uitgangspunt dat wij van harte onderschrijven. BK ziet kinderen liever niet de hele dag op dezelfde plek in dezelfde integrale voorziening tot hun 18e jaar, maar laat ze proeven van meerdere contexten en ecosystemen.

Een hybride stelsel met keuzevrijheid en toegang voor alle kinderen

Onze sector heeft een unieke expertise. De manier waarop kinderopvang in Nederland nu georganiseerd is, heeft geleid tot een divers veld waarin voor ouders echt wat te kiezen valt. Je wilt immers als ouder een plek vinden die bij jou en je kind past. Het huidige stelsel is bovendien één van de beste van Europa: adaptief en innovatief. Afscheid nemen van dit stelsel en de kinderopvang een publieke voorziening maken als onderdeel van het onderwijs zou enorm afbreuk doen aan die verscheidenheid, de keuzevrijheid, de kwaliteit en onze expertise van het jonge kind.

Onlangs bepleitten ook Paul Leseman en Janneke Plantenga in hun visie voor de toekomst om het hybride stelsel te behouden. Lees hier meer over hun analyse over hoe dat eruit zou kunnen zien.

Toegang voor álle kinderen tot de kinderopvang, juist ook de kinderen die in een kwetsbaar gezin opgroeien, is wel nodig en dat vraagt een stapsgewijze aanpak richting een slim stelsel zoals bijvoorbeeld de SER bepleit.